Abayneh Gujo: man met een missie

Abayneh Gujo

‘Ethiopië wordt het voorbeeld voor heel Afrika’

Het woord uitdaging valt regelmatig tijdens het gesprek met Albayneh Gujo, de algemeen directeur van Dires. Daar kreeg hij zelf al vroeg mee te maken toen hij op achtjarige leeftijd aan beide benen verlamd raakte. Zijn grootste uitdaging nu is zijn land goed toegankelijk maken voor iedereen met een lichamelijk beperking.

Tot zijn zevende was Abayneh Guyo (35) een gezonde, vrolijke jongen die ontzettend graag naar school ging. Totdat er een polio-uitbraak was in zijn dorp en hij op zijn achtste verlamd raakte aan beide benen. ‘Ik wilde heel graag naar school blijven gaan. Maar dat was elke dag een uur heen lopen en een uur terug. Dat was nu onmogelijk voor mij.’

Zijn vader droeg hem daarom elke dag op zijn rug naar school en haalde hem aan het eind van de dag ook weer op. Maar dat kostte hem vier uur per dag, kostbare tijd die hij eigenlijk niet had, omdat hij als arme boer op het land moest werken om zijn gezin te kunnen onderhouden.

Via de katholieke kerk in het dorp werd daarom geregeld dat Abayneh naar een revalidatiecentrum in Addis Abeba ging. Daar verbleef hij zes maanden en leerde er lopen met krukken en beugels. ‘Daarna ging ik weer terug naar mijn geboortedorp in Zuid-Ethiopië. Maar de weg naar school afleggen was nog steeds een te grote uitdaging voor mij. We woonden in een erg afgelegen gebied en onderweg naar school moest je over minstens drie riviertjes springen. En als het regende en er modderstromen waren, was het helemaal moeilijk lopen voor mij.’ Daarom droeg zijn oudere zus hem tijdens de moeilijke stukken, zo’n half uur per keer. En soms zijn vader.

‘Maar na een paar jaar werd ik te groot en te zwaar om nog gedragen te kunnen worden. Daarom vroeg mijn vader aan een vriend van hem in Addis Abeba of ik bij hem en zijn familie kon wonen en daar naar school kon.’ Die vriend stemde daarmee in en de rest van zijn lagereschooltijd bracht Abayneh in Addis Abeba door. ‘Mijn vader kwam me elke zondag opzoeken en bracht dan eten voor de hele week voor me mee.’

Theoretische computerkennis

Na de middelbare school, waar hij slaagde met de hoogste cijfers van zijn jaar, ging Abayneh Accounting studeren in Addis Abeba. Daar kwam hij opnieuw voor een grote uitdaging te staan: voor deze studie moest hij zich ook de nodige computervaardigheden eigen maken, maar het computerlokaal was op de tweede verdieping van het universiteitsgebouw en er was géén lift. ‘Mijn leraar gaf me daarom alle leerstof over computers theoretisch en ik mocht ook het examen theoretisch afleggen. Maar toen ik de universiteit met diploma verliet en aan de slag ging als assistent-accountant bij een andere universiteit, had ik nog nooit van mijn leven een computer opgestart.’ Maar ook toen liet Abayneh zich niet uit het veld slaan: hij vroeg aan een ICT-leraar om hem elke dag twee uur computeronderwijs te geven, een uur in de ochtend en een uur aan het einde van de werkdag, en binnen korte tijd was hij een professionele computergebruiker.

Daarna maakte Abaynehs carrière een mooie vlucht. Hij werkte achtereenvolgens als assistent-accountant bij een universiteit, als senior-accountant bij een ngo voor gehandicaptenorganisaties en daarna als hoofd Finance en Administration bij een andere ngo in Awassa. Ondertussen trouwde hij en kreeg hij twee zoons. Het leven lachte hem op alle fronten toe. ‘Tot mijn vrouw een baan kreeg aangeboden in Zuid-Afrika. Dat zou tijdelijk zijn, maar ze besloot er te blijven. Ze heeft me meerdere malen uitgenodigd ook naar Zuid-Afrika te komen, maar ik besloot om met onze twee zonen in Ethiopië te blijven. Ik wilde mezelf eerst nog meer op professioneel gebied ontwikkelen voordat ik naar het buitenland wilde gaan. Dus mijn vrouw en ik scheidden van elkaar.’

Missie

Voor Abayneh breekt nu een verdrietige periode in zijn leven aan, want hij hield van zijn vrouw en een scheiding is nooit leuk. Maar hij blijft een harde werker en in 2010 gaat hij werken bij de Addis Ethiopian Federation of Disabilities als manager Finance en Administration. Naast zijn werk is Abayneh ook als vrijwilliger betrokken bij gehandicaptenprojecten in de stad. ‘Ik bedacht me wat ik zelf als schooljongen en als student met een beperking destijds zo erg gemist had en dat waren sportlessen. Waarom was dat er eigenlijk niet voor gehandicapten? Terwijl er wereldwijd Paralympische Spelen zijn.’

Opnieuw zag Abayneh zichzelf voor een grote uitdaging staan. Destijds was er nog geen nationale gehandicaptenorganisatie in Ethiopië, dus hij richtte zich direct tot de overheid met zijn vraag waarom er niets met gehandicaptensport werd gedaan. ‘Ik werd uitgenodigd om daarover te komen praten en deelde al mijn ideeën met ze. Ik nodige zelfs een team dove hardlopers uit om een demonstratie te geven, om zo te laten zien dat mensen met een handicap net zo goed kunnen sporten.’ Zijn inzet werd beloond: Ethiopië kreeg een paralympisch team. Inmiddels is Abayneh daar alweer jaren de voorzitter van het Paralympisch comité.

Voorbeeldfunctie

Toen hij vervolgens werd gevraagd om algemeen directeur bij Dires te worden, hoefde Abayneh daar niet lang over na te denken. Ook al ging hij daarmee 48% achteruit in salaris. ‘Zelf had ik mijn leven inmiddels weer goed op de rit. Ik was gelukkig hertrouwd met mijn huidige vrouw en vader geworden van een dochter. En ook qua werk had ik mijn plek op de arbeidsmarkt weten te veroveren. Nu was de tijd aangebroken om me volledig in te zetten voor anderen.’ En dat is dus verbeterde leefomstandigheden voor mensen met een beperking in Ethiopië. Wat dat betreft, ziet Abaybeh zich nog wel voor de nodige uitdagingen staan. Zo wil hij het sportonderwijs voor gehandicapten in heel Ethiopië naar een hoger niveau tillen. ‘Voor dove kinderen is dit tot zekere hoogte wel al goed geregeld, maar nog niet voor alle andere kinderen met een lichamelijke of geestelijke beperking. Ik wil proberen nu sportlessen op schoolniveau te introduceren. Daarbij geloof ik heilig in het Aflatoun-programma dat Dires via StartUp4kids hanteert. De combinatie sport, spel en onderwijs werkt gewoon heel goed. Daarbij vind ik het ook goed dat Dires ook werkt met gehandicapte en dove medewerkers. Als die kinderen een gehandicapte sportinstructeur voor zich zien staan, is dat een goed voorbeeld voor henzelf, dat ze zich beseffen dat ook zij met hun handicap ver kunnen komen in het leven.’

Een ander speerpunt van Abayneh is een betere toegankelijkheid voor gehandicapten. ‘Een bank bijvoorbeeld, zit vaak op de tweede verdieping van een gebouw. Hoe kan ik daar komen en mijn bankzaken regelen? We hebben hier nog geen internetbankieren zoals bij jullie in Nederland. Maar met een betere toegankelijkheid voor gehandicapten in Ethiopië denk ik verder dan een gebouw rolstoelvriendelijk maken bijvoorbeeld. Dat werkt door op allerlei fronten en daar houd ik me nu heel erg mee bezig. Mijn streven is dat Ethiopië over elf jaar als voorbeeld dient voor heel Afrika, dat het land de beste toegankelijkheid heeft voor gehandicapten in heel Afrika. Als ik zo doorwerk, met Dires en onze partners in Nederland en als we dat stukje bewustwording hier kunnen creëren, ben ik ervan overtuigd dat we dat doel overigens al veel eerder zullen bereiken.’

En al mag Abayneh dan op achtjarige leeftijd voor een uitdaging zijn komen te staan waar geen enkel kind voor te staan zou mogen komen, hij heeft er een geweldige vechtersmentaliteit door gekregen. Daar zullen vele mensen in Ethiopië nog de vruchten van gaan plukken.

Claudia Coenen